Sprint naar content
Placeholder for Fontys video
Studenten vertellen
Twijfel je over deze studie? Gewoon starten!"
Lees het verhaal van student Evi (Tilburg) >>

"Fascinatie voor het leraarsvak ontstond op de basisschool"
Lees het interview met student Roy (Sittard) >>

 

Opbouw

Je kunt de educatieve masteropleiding Leraar Wiskunde volgen in Sittard of Tilburg. Informatie over de opzet en inhoud van deze opleiding vind je hieronder per locatie en studiejaar.

Opbouw Sittard (voltijd)

  • Mogelijk om in 1,5 jaar te behalen; afhankelijk van je persoonlijke situatie
  • Je ontwikkelt een duidelijke eigen 'teacher identity' en een sterke visie op de wiskundedidactiek
  • We werken met leerlijnen; praktijkonderzoek met bekwaamheidsexamen
  • Het curriculum is ingericht op basis van de geschiedenis en toepasbaarheid van de wiskunde
  • Studenten uit België kunnen met het diploma zowel in België als Nederland aan de slag
  • Lesdagen op donderdag en vrijdag (altijd overdag)
  • Kleinschalige opleiding, op loopafstand station

Lesdagen

Je volgt lessen op:

  • donderdag en vrijdag, tussen 08:30 uur en 17:00 uur

Lesvorm

Je lessen zijn een mix van hoor- en werkcolleges, opdrachten en zelfstudie. De lessen zijn zo ingericht dat je de inhoud vaak direct kunt toepassen op de lespraktijk.

Stage of werk

De meeste studenten combineren de opleiding met hun werk als tweedegraadsdocent. In het tweede jaar van de opleiding lopen studenten meestal op hun eigen school stage in de bovenbouw. Er is dan meestal één collegedag op het instituut.

Semesters en tentamens

Een studiejaar kent twee semesters van zestien weken. Voor elk tentamen heb je elk studiejaar twee kansen. We sluiten elk semester af met een tentamenweek en een herkansingenweek.

Het vakinhoudelijke deel van de opleiding bestaat uit vijf wiskundedomeinen:

  • Analyse
  • Meetkunde
  • Algebra en discrete wiskunde
  • Statistiek en kansrekening
  • Wetenschappelijke grondslagen en ontwikkelingen

Elk domein heeft zijn eigen kenmerken. Daarnaast is er voortdurend overlap tussen alle domeinen.

Domein analyse

Waarom bewegen planeten in elliptische banen rondom de zon? Hoe voorspel je de effecten van verschillende rentes in de economie? Wanneer is radioactief materiaal genoeg vervallen dat het veilig is om het te hanteren? Het domein 'analyse' gaat over veranderingen.

In de modulen bij dit domein leer je technieken, waarmee je deze veranderingen kunt beschrijven en hanteren. Concepten als 'limieten', 'differentiëren', 'integreren' en 'continuïteit' staan hierin centraal. De technieken uit de analyse bieden bruikbare gereedschappen. Hiermee kun je processen uit de natuur of samenleving beschrijven. Zo krijg je inhoudelijk directe input voor jouw wiskundelessen.

Domein meetkunde

In het domein 'meetkunde' bestudeer je allerlei facetten van verschillende typen meetkunde. Bijvoorbeeld de 'Euclidische', 'niet-Euclidische', 'perspectivische', 'projectieve' en 'analytische meetkunde'. Je leert over 'de rechte van Wallace', 'de rechte van Euler', 'de driehoek van Morley', 'de stelling van Steiner' en veel meer.

Domein algebra en discrete wiskunde

Wat zijn 'markovprocessen'? Wat zijn toepassingen van een 'leontief model'? Hoe kun je een bericht versleuteld versturen? Zodanig dat alleen de ontvanger het bericht kan ontsleutelen? Welke rol spelen priemgetallen in onze digitale maatschappij? Dit soort vraagstukken bekijken we in de modulen bij het domein 'algebra en discrete wiskunde'. Je gebruikt technieken uit de lineaire algebra, getaltheorie en grafentheorie om maatschappelijke vraagstukken te analyseren.

Domein statistiek en kansrekening

Statistiek is niet meer weg te denken uit allerlei aspecten in de wetenschap, politiek, economie, psychologie, media en de samenleving in het geheel. Het domein 'statistiek en kansrekening' is dan ook een belangrijk onderdeel van de opleiding. Des te meer, omdat jij jouw leerlingen voorbereidt op een vervolgopleiding, waarin in veel gevallen statistiek een plaats heeft.

Domein wetenschappelijke grondslagen en ontwikkelingen

De inhoud van het domein 'wetenschappelijke grondslagen en ontwikkelingen' is onmisbaar om op een filosofische wijze naar de wetenschap wiskunde te kijken. Klopt de wetenschap eigenlijk wel? Wat is het prille begin van de wiskunde en op welke fundamenten is de wiskunde gebouwd? Bevat de wiskunde fouten? Heeft iets of iemand de wiskunde gemaakt of creëert de mensheid de wiskunde? Je gebruikt bij dit domein wiskunde om de wiskunde te analyseren.

Vakdidactiek bevindt zich op het snijvlak van vakinhoudelijke en pedagogische kennis. Hoe breng je wiskunde over en zorg je ervoor dat de lesstof zo goed mogelijk blijft hangen? Hoe pak je dit aan voor onderwerpen die specifiek in de bovenbouw van havo en vwo behandeld worden?

In deze opleiding bekijk je vraagstukken zoals: waarom leren we wiskunde? Wat zijn de doelen en wat is de relevantie van het wiskundeonderwijs? Aan de hand van verschillende wiskundecurricula - zowel nationaal als internationaal - krijg je een steeds rijker antwoord op deze vragen. De mogelijkheden van wiskundetoetsing ontbreken hier niet in.

Naast vraagstukken die met (het schoolvak) wiskunde te maken hebben, bekijken we ook domeinspecifieke vakdidactiek. Wat is belangrijk als je een les geeft over de standaardfunctie van de natuurlijke logaritme? Hoe pak je een les aan over de afstandsformule bij analytische meetkunde? Wat mag absoluut niet ontbreken in de manier van uitleg bij een gemiddelde bij statistiek?

Opbouw Tilburg (deeltijd)

  • Tweejarig studietraject (afhankelijk van je studiemogelijkheden)
  • We werken met leeruitkomsten; vakdidactisch ontwerponderzoek
  • Vakoverstijgende module; aandacht voor STEM (Science, Technology, Engineering & Mathematics)
  • Studenten uit België kunnen met het diploma zowel in België als Nederland aan de slag
  • Lesdag op woensdag

Lesdagen

De vaste lesdag is op woensdag, meestal tussen 13:00 en 21:30 uur. Contacttijden kunnen echter variëren per periode, waardoor je soms ook in de ochtend college of les hebt. Heb je hier vragen over, neem dan contact op met de opleidingscoördinator. De studiebelasting is afhankelijk van je persoonlijke situatie, maar bedraagt voor een gemiddelde student minimaal 20 uur per week buiten de lesdag.

Opbouw studiejaar

Een studiejaar is opgedeeld in vier blokken van tien weken. De eerste zeven tot acht weken volg je hoor- en werkcolleges, workshops, practica en werkgroepen. Je voert opdrachten uit in de praktijk. In week negen en tien vinden de toetsen en herkansingen plaats. De opleiding biedt een lesrooster aan, maar dit is mede afhankelijk van jouw studieroute.

Je ontwikkelt je vakinhoudelijke en vakdidactische kennis via verdieping en verbreding in de specifieke domeinen van de landelijk afgesproken kennisbases. Je past deze toe op je werkplek en tijdens je vakdidactisch ontwerponderzoek.

Het vakspecifieke opleidingsprogramma omvat tweederde van de totale masteropleiding. Dit levert bij uitstek een bijdrage aan de ontwikkeling van je vakinhoudelijke en vakdidactische competenties. 



Voor de masteropleiding Leraar Wiskunde geldt:

De opleiding bevat 12 cursussen met omvang 5 EC. Waarvan 9 cursussen vooral gericht zijn op inhoudelijke verbreding en verdieping: logica en verzamelingen, analyse 1 en 2, lineaire algebra, synthetische en analytische meetkunde, grondslagen en geschiedenis van de wiskunde, getaltheorie, dynamische systemen en statistiek. Daarnaast zijn er drie onderdelen die meer vakdidactisch georiënteerd zijn: vakdidactiek, keuzevak en STEM.

  • Bij vakdidactiek verdiep je je kennis met betrekking tot de didactiek van de wiskunde en hebben we extra aandacht voor het overbrengen en toetsen van de wiskundestof in de bovenbouw van havo en vwo.
  • Bij keuzevak kies je uit verschillende 'leeruitkomsten'. Bijvoorbeeld 'begeleiding wiskunde D', 'deelname internationale conferentie', 'astrofysica', 'geofysica', 'combinatoriek', 'algebra', 'grafentheorie' en 'discrete optimalisering'.
  • Bij 'Science technologie, engineering en mathematics' (of kortweg: 'STEM') werk je samen met studenten natuurkunde, biologie, scheikunde en aardrijkkunde aan een inhoudelijk vakoverstijgend thema. Hier is er aandacht voor bètadidactiek, het schoolvak 'NLT', het schoolvak 'O&O' en 'Challenge Based Learning'.



Wil je meer informatie over de inhoud, toetsing en begeleiding van en tijdens de opleiding? Je leest hierover meer in het regelement van de Onderwijs- en examenregeling (OER).

Wil je weten welke vakken je volgt tijdens de opleiding? Bij welke 'bekwaamheden' welke vakken horen? Hoe deze vakken eruitzien en hoeveel studiepunten je hiervoor krijgt? Bekijk de studiegids.

In het onderdeel 'didactisch handelen' werk je aan de verbetering van je onderwijspraktijk in het eerstegraads gebied. Je ontwikkelt en verzorgt onderwijs in jouw schoolvak op een onderbouwde manier. Je stimuleert leerlingen om kritisch na te denken. Je laat hen samenwerken, begeleidt hen en geeft effectieve feedback. Didactisch handelen wordt door de meeste studenten in het eerste jaar van de studie uitgevoerd. Veel opleidingen bieden het aan in combinatie met pedagogische vraagstukken en vakdidactiek. Je werkt daarbij samen met medestudenten in een “professionele leergemeenschap” (PLG).   

In het onderdeel 'pedagogische vraagstukken' verdiep je je in één of meer pedagogische vraagstukken. Deze doen zich voor in de school. Je helpt zo om bij te dragen aan de ontwikkeling van het onderwijsklimaat.

Opvoeding van leerlingen

Bij pedagogische vraagstukken gaat het om de opvoeding van leerlingen. Hoe kun je hen als docent stimuleren om volwassen te worden, bijvoorbeeld in termen van socialisatie en persoonsvorming. In dit onderdeel verdiep je je in pedagogische literatuur. Hierbij zoek je naar manieren om in de praktijk te handelen. Je probeert handelingsopties uit in de praktijk en evalueert het effect ervan. Dit doe je door gegevens te verzamelen in de onderwijspraktijk, die te analyseren en te interpreteren. Je leert dus niet alleen over pedagogiek, maar ook over onderzoeksmethoden.

Professionele leergemeenschap

De meeste studenten voeren Pedagogische vraagstukken uit in het eerste jaar van de studie. Veel opleidingen bieden dit aan in combinatie met didactisch handelen en vakdidactiek. Je werkt daarbij samen met medestudenten in een “professionele leergemeenschap” (PLG). 

In het vakdidactisch ontwerponderzoek creëer je onderwijs in jouw schoolvak voor leerlingen in het 'eerstegraads gebied'. Je volgt daarbij een onderzoeks- / ontwerpcyclus. Zo kun je op een systematische manier het onderwijs ontwerpen, uitvoeren en evalueren. Vanzelfsprekend maak je gebruik van wetenschappelijke, vakdidactische literatuur en van betrouwbare manieren van gegevensverzameling. Op verschillende manieren is samenwerking met medestudenten mogelijk tijdens het vakdidactisch ontwerponderzoek. De meeste opleidingen bereiden het vakdidactisch ontwerponderzoek in het eerste jaar van de opleiding voor en voeren het uit in het tweede jaar.

Het onderdeel 'de lerende professional' vindt bij de meeste opleidingen plaats in het tweede jaar van de opleiding. In dit onderdeel werk je samen met collega’s van je school en/of opleiding aan een ontwikkeling. Deze ontwikkeling vindt plaats op de school en overstijgt jouw schoolvak.

Je kunt aansluiten bij een bestaande ontwikkeling, of zelf een initiatief nemen. Het is niet nodig dat je deze ontwikkeling tijdens je studie volledig afrondt. Het is wel van belang, dat je een aantoonbare bijdrage levert. Daarbij geef je vorm aan jouw professionele ontwikkeling én, in de samenwerking, aan die van je collega’s. De opleiding helpt en begeleidt je in het ontwikkelen van 'gereedschap' dat tijdens zulke veranderingsprocessen nuttig is. In dit onderdeel laat je zien dat je verder kunt kijken dan jouw schoolvak. Je ontwikkelt je zo richting een meer 'senior' rol in de school.