Sprint naar content

Bildung

Door mooie initiatieven en good practises met elkaar te delen en een netwerk te zijn dat elkaar helpt, kunnen we samen werken aan bildung in het onderwijs en bijdragen aan het studiesucces van onze studenten.

Op deze pagina vind je

  • Inspiratie en informatie rondom het thema bildung
  • Ervaringsverhalen van collega's
  • Informatie over ons netwerk Bildung in het onderwijs
  • Contactgegevens expertgroep Bildung

Wegens nog niet accepteren van de cookies is de YouTube video niet zichtbaar.

Karin Verouden

Collega Fontys Lerarenopleiding Tilburg

Karin Verouden over Bildung

Karin Verouden (Fontys lerarenopleiding Tilburg) heeft al veel ervaring met bildung in het onderwijs. In het filmpje hiernaast uit 2019 vertelt ze over haar eerdere onderzoek in samenwerking met Wouter Sanderse. Begin dit jaar interviewde ze Fontys voorzitter Joep Houterman over bildung en onlangs schreef Karin met haar collega's uit het netwerk onderstaand theoretisch kader rondom de verschillende visies op bildung, getiteld: "We leren niet voor school, maar voor het leven" (Seneca) Heb je hierover vragen? Neem dan even contact op.

Mail Karin

Theoretisch kader: We leren niet voor school, maar voor het leven

Het Duitse woord bildung laat zich lastig vertalen in het Nederlands. Sommigen pleiten er dan ook voor om het begrip maar helemaal weg te laten uit het onderwijsdiscours. Maar daarmee nemen we ook afstand van de ontstaansgeschiedenis van het concept. Het begrip bildung kent namelijk een lange traditie die terugvoert tot Wilhelm von Humboldt(1767-1835).Von Humboldt heeft het begrip bildung gemunt. Hij ging uit van een scherpe formulering van wat de fundamentele opdracht van vorming en onderwijs is, het ‘Bildungsideal’. Het ‘ware adeldom’ van de mens is dat hij zijn talenten evenwichtig, in samenhang en optimaal tot ontwikkeling brengt en daardoor ‘een geheel’ wordt (Kroeger, 2015). Inmiddels zijn we twee eeuwen verder en is het aan ons om in onze tijd handen en voeten te geven aan het begrip.

Het woord Bildungis afgeleid van beeltenis (Bild) en vormen (bilden). Als we met het eerste woord ‘beeld’ beginnen is het wellicht goed dat we beseffen dat het onze natuur is om beelden te maken vanuit de waarneming met onze zintuigen, opdat we een keuze kunnen maken over ons handelen. We vormen ook een beeld van onszelf, van wie wij zijn door onszelf kritische vragen te stellen over wat we voelen, willen en denken.

Peter Bieri: Het begint met nieuwsgierigheid
De Zwitserse filosoof Peter Bieri (2008) verstaat onder bildung het proces van ontwikkeling, beschaving, vorming – iets dat mensen met elkaar en voor zichzelf doen. Andere mensen kunnen ons omvormen of omscholen, maar onszelf vormen of scholen kunnen we alleen maar voor onszelf. Jezelf vormen is iets anders dan gevormd worden, een opleiding genieten (Ausbildung). Een opleiding doorlopen we met het doel uiteindelijk iets te kunnen. Als we ons ontwikkelen, dan werken we aan het streven ernaar om op een bepaalde manier in de wereld te zijn. Daarbij gaat het om de ontwikkeling van ons bewustzijn, opdat we richting kunnen geven aan de kwaliteit van ons leven.

Bildung begint volgens Bieri (2008) met nieuwsgierigheid naar de wereld. Nieuwsgierigheid is het onstilbare verlangen om te ervaren wat er allemaal in de wereld is. Het gaat erom dat wij ons in de wereld oriënteren. Kennis en kritisch denken helpen daarbij. Wie de weg weet in de wereld kan minder makkelijk worden misleid en kan zich verweren tegenover blinde gewoonten van het denken en het redeneren. Vanuit historische nieuwsgierigheid zijn we in staat onze eigen cultuur en de tijd waarin we leven vanaf een afstandje te bekijken en te bevragen. Hoe is het gekomen dat wij zo denken, voelen, praten en levenals we doen? Het had allemaal ook heel anders had kunnen zijn. Vanuit dit besef is het gemakkelijker om de naïeve en arrogante gedachte los te laten dat onze levenswijze de bestpassendeis voor alle mensen. Het historisch bewustzijn leidt tot het verlangende cultuur waarin we toevallig zijn opgegroeid opnieuw eigen te maken. Een cultuur begrijpen betekent op de hoogte zijn van de manier waarop morele geboden en verboden ontstaan en kunnen veranderen. Dit gaat erover wat goed is om te denken, te kiezen en doen en wat niet. We groeien op met morele geboden en verboden in ons ouderlijk huis, de straat, de films die we zien, de boeken die we lezen. Zij bepalen onze morele identiteit; hoe wil ik zijn als mens.

Beschavingsproces

Ons beschavingsproces houdt dan in dat we leren beseffen dat mensen in andere delen van de wereld, in andere maatschappijen en culturen, anders over goed en kwaad denken. Uit het inzicht in het toeval van de eigen culturele identiteit ontstaat tolerantie – het werkelijk en vanzelfsprekende respect voor andere manieren van leven. Dat is niet altijd makkelijk, vooral wanneer het vreemde onze eigen morele verwachtingen schendt. Bildungis de moeilijk te leren kunst om de balans te bewaren tussen het erkennen van het vreemde en het vasthouden aan de eigen morele opvattingen. Het gaat erom die spanning te verdragen. We leren met meer verfijning woorden te geven aan onze eigen ervaringen, ons denken, willen en voelen en die van andere mensen. Standpunten kunnen worden ingenomen, maar zijn niet in beton gegoten. Iemand kan nog zo goed ontwikkeld zijn en zo’n brede oriëntatie bezitten dat hij zich met succes door de wereld beweegt – wanneer hij nietookaan zichzelf kan werken, beschikt hij niet overbildungin de volledige, rijke zin van het woord.Het gaatook over reflectie over mijn opvattingen, waarden en normen. In plaats van onbewust bepaalde dingen te geloven, kan ik mij ook afvragen waar ze vandaan komen; welke oorsprong ze hebben en op welke principes ze berusten. Het gaat erom de interpretatie van mijn verleden en mijn toekomst kritisch te bekijken: om het scheppen en aanvullen van mijn zelfbeeld. Kennis is niet puur het vergaren van informatie, maar iets dat ons innerlijk verandert en verrijkt en dat we ook in de praktijk kunnen brengen. Daarbij gaat het niet alleen om moreel betekenisvolle dingen, maar ook het ons laten raken door de schoonheid van de kunsten.

Emma Cohen de Lara: empathie, nieuwsgierigheid, een moreel kompas en kritisch denken
Gedragswetenschapper Emma Cohen de Lara (2015) beschrijft de vorming van onze binnenkant vanuit de begrippen empathie, nieuwsgierigheid, een moreel kompas en kritisch denken. ‘Bildung gaat dus niet over het lichaam of uiterlijke kenmerken en ook niet over vaardigheden die een student zich eigen maakt en de technieken die hij leert. Bildung heeft geen betrekking op dat wat slechts nuttig is. In plaats daarvan heeft bildung te maken met wie een persoon ten diepste is, hoe hij emotioneel en verstandelijk in elkaar zit, wat zijn loyaliteiten en ambities zijn, waar hij voor leeft en hoe hij over zichzelf denkt (Cohen de Lara, 2015).

Wij ontwikkelen bewustzijn over onszelf door ervaring op te doen in de fysieke omgeving waarin we leven en daar vervolgens over na te denken. Naast ervaringen met de natuurlijke omstandigheden, maken we deel uit van een cultuur.

Van Heusden: Cultuur
Het begrip ‘cultuur’ is volgens hoogleraar Cultuur en Cognitie Van Heusden (2016) zowel breed als smal op te vatten. In de brede zin betekent cultuur: wat mensen maken en doen, oftewel cultuur tegenover natuur. In de smalle opvatting gaat het ‘over die vormen van cultuur waarin mensen op cultuur reflecteren.’ Dit is het terrein van de journalistiek, geschiedschrijving, kunsten en het entertainment. Zij maken gebruik van de verbeelding om onze ervaringen met - aspecten van- cultuur vorm en betekenis te geven. In de politiek en religie gaat het over onze opvattingen en spirituele waarden. Filosofie en wetenschap onderzoeken hoe de cultuur in elkaar zit (Van Heusden et al., 2016).

Wouter Sanderse: identiteit in beweging en aan verandering onderhevig
We vormen ons in de ontmoeting met wat andere mensen maken en doen, en aan de manieren waarop wij daar als groep met elkaar over nadenken. Volgens Wouter Sanderse (2019) is bildung ‘de voortdurende, algemene en geïntegreerde cultivering van je identiteit, in een omgeving waarin je je in vrijheid verhoudt tot bronnen van waarde, en daaraan een bijdrage levert, om  daarmee een goed leven te leiden, als mens, burger en professional’ (Sanderse, 2019). Onze identiteit is volgens Sanderse niet statisch, maar voortdurend in beweging en aan verandering onderhevig.

Edwin Hoffman: vorming van onze identiteit niet vastgelegd bij de geboorte
Edwin Hoffman (2009) stelt dat de vorming van onze identiteit een sociale constructie is die niet is vastgelegd bij de geboorte van een mens. ‘Een persoon ontwikkelt in interactie met zijn sociale omgeving zijn identiteit; waarbij hij nooit helemaal vrij is te kiezen en te bepalen wie en wat hij is. Aangezien een persoon deel uitmaakt van verschillende sociale systemen is diens identiteit altijd meervoudig van karakter. Afhankelijk van de omstandigheden kan een bepaalde sociale identiteit meer op de voorgrond treden’ (Hoffman, 2009).

Emma Cohen de Lara: invloed op onze omgeving
Bildung is niet alleen de vorming van ons bewustzijn door in aanraking te komen met de cultuur waarin we leven. We hebben volgens Cohen de Lara (2015) ook invloed op onze omgeving. ‘Ons innerlijk weerspiegelt namelijk iets van de cultuur waarin we leven, maar andersom weerspiegelt onze cultuur ook iets van waar we persoonlijk waarde aan hechten. Dus we vormen onszelf onder invloed van de cultuur waarin we leven en we beïnvloeden onze cultuur door de manier waarop wij leven’ (Cohen de Lara, 2015, p.).

Emma Cohen de Lara: Bildung als vormende taak van het onderwijs
Cohen de Lara (2015) ziet een vormende taak voor het onderwijs weggelegd. ‘Door bildung als een van de taken van het onderwijs te zien, kan het onderwijs zijn spilfunctie in de cultuuroverdracht herwinnen’ (Cohen de Lara, 2015).

Cok Bakker: Studenten niet alleen beroepsgerichte kennis opdoen, maar zich ook als persoon ontwikkelen

Geesteswetenschapper Cok Bakker (2014) meent dat bildung in het onderwijs gericht moet zijn op de brede algemene vorming van leerlingen en studenten, waarbij studenten niet alleen beroepsgerichte kennis opdoen (Ausbildung), maar zich ook als persoon verder ontwikkelen (Bildung). Persoonsvorming dus, met bijvoorbeeld aandacht voor het zich kunnen ontwikkelen tot een integere persoonlijkheid, met een eigen kijk op de wereld, en tot een deelnemer aan de samenleving, met een gezonde kritische blik' (Bakker 2014). 

Gert Biesta: Het gaat om de vraag hoe we als mens zijn, en niet om de vraag wie we zijn
Onderwijspedagoog Gert Biesta (2018) stelt zich kritisch op met betrekking tot het denken over opvoeding en onderwijs in termen van bildung. Bildung in het onderwijs beoogt kind en cultuur met elkaar in contact te brengen, opdat het kind zich ‘aan’ de cultuur kan ontwikkelen. Bildung is volgens de Duitse pedagoog Dietrich Benner de vorming van personen naar een bepaald beeld. Biesta stelt dat dit beeld altijd arbitrair is, omdat het gebaseerd is op wat mensen met elkaar afspreken. Volgens Biesta moet in de pedagogiek niet de vraag centraal staan; ‘hoe kunnen we anderen vormen, maar wel: hoe kunnen we een kind uitnodigen om tot een ik te komen. Niet alleen een ik dat in zichzelf geïnteresseerd is, maar ook een ik dat in de wereld wil zijn.’ Het gaat erom wat leerling met vorming en talent gaat doen en daarmee om de vraag hoe we als mens zijn, en niet om de vraag wie we zijn. Als die laatste een vraag naar de identiteit is,is de eerste vraag de vraag naarde subjectiviteit, naar het bestaan-als-subject. ‘Subject zijn houdt in dat ik antwoord geef op het appel dat op mij wordt gedaan. Niemand anders kan deze vraag voor het ik beantwoorden’ (Biesta, 2021).

Ieder van ons heeft een eigen verantwoordelijkheid voor de manier waarop we in de wereld zijn. Met ‘de wereld’ verwijst Biesta (2021) zowel naar de natuurlijke als de sociale wereld. Volwassen subject-zijn is in de wereld zijn, zonder jezelf in het centrum van de wereld te plaatsen of te wanen. Daarvoor is het volgens hem nodig om onze initiatieven in dialoog te brengen met de wereld: met de ander en het andere. ‘Niet om daaraan te groeien of tot individu te worden, maar om tot een mate van zelfbegrenzing te komen; om je iets te laten gezeggen door de wereld buiten jezelf.’ Het verschil tussen een volwassen manier van bestaan en een niet volwassene manier van bestaan is dat bij de volwassen manier van in de wereld zijn rekening wordt gehouden met het gegeven dat andere mensen anders zijn dan ik. En dat de wereld buiten ons inderdaad een eigen integriteit heeft en ook niet zomaar tot onze beschikking staat, ‘als een wereld waarmee we zouden kunnen doen wat we maar willen.’

Kwalificatie, socialisatie en subjectificatie
Om jongeren te helpen op een volwassen manier in de wereld te komen, beschrijft Biesta (2012) vanuit de pedagogiek drie domeinen waarop het onderwijs zich kan richten. Deze drie domeinen zouden elk in gelijke mate aandacht moeten krijgen: kwalificatie, socialisatie en subjectificatie. Hij pleit ervoor dat het aan de docent is om per situatie te bepalen aan welk van deze drie doeldomeinen hij aandacht geeft in zijn les/in zijn klas (Biesta, 2012). Onder kwalificatie verstaat hij het verwerven van kennis en vaardigheden en het ontwikkelen van een houding tot kennis, tot andere levende wezens in de fysieke omgeving en tot de wereld als geheel. Socialisatie is het opvoedingsproces waarin jongere mensen hun weg leren vinden in de bestaande maatschappelijke orde, binnen onze waarden, normen, opvattingen gewoonten en rituelen. Subjectificatie is de ontwikkeling van de eigen stem, van een jong mens tot volwassene. Onder volwassenheid verstaat hij niet de natuurlijke rijping van onze lichaam en geest, maar het verantwoordelijk omgaan met de (keuze) vrijheid die we als mens allemaal hebben. Vrijheid is volgens hem dan ook niet het ‘zomaar doen wat je wilt doen. Volwassen omgaan met vrijheid – is het steeds mee laten wegen van de vraag of dat wat je wilt doen, wat je verlangt of wat je verlangt te doen, gaat helpen bij goed leven en goed samenleven’ (Biesta, 2015).

Emma Cohen de Lara: praktische invulling in drie mogelijke richtingen
Cohen de Lara (2015)stelt de vraag welke praktische invulling we in onze tijd aan het begrip bildung kunnen geven en wat de waarde ervan is voor het onderwijs. Het bildungsdiscours kan zich volgens haar in drie richtingen ontwikkelen.

  • Economie leidend
    Het kan primair in dienst worden gesteld aan de economie.‘Vorming is er daarbij op gericht om van jonge mensen ‘veerkrachtige, slimme en creatieve mensen’ te maken. ’Er is op zich niets mis mee om vorming in verband te brengen met de economie; een sterke economie vraagt nu eenmaal om goed gevormde mensen. ‘Het is echter de vraag of de economie leidend kan zijn in de invulling van het begrip bildung. Dit voelt wellicht contra-intuïtief, maar bildung betekent juist dat de mens zich kan losmaken van zijn economische behoeftes en inzichten om op die manier, met enige distantie, tot nieuwe inzichten te komen die de economie versterken. Bovendien stelt bildung de mens in staat om een afweging te maken tussen economische welvaart en andere waarden die daardoor mogelijk in het gedrang komen. Echte vorming gaat uiteindelijk om de vraag wat een goed leven is, zowel in economische voor- als tegenspoed’ (Cohen de Lara, 2015).
  • IndividualistischIn de tweede plaats kan bildung volgens haar worden ingevuld op een puur individualistische manier. De student dient zich hierbij volledig vrij te ontwikkelen en zijn unieke ‘ik’ tot volle ontplooiing te brengen. Het onderwijs zou ruimte kunnen bieden voor de ontwikkeling van de specifieke talenten van de student, maar de praktijk leert ook dat de individualistische benadering vaak onredelijk veel druk op de student legt. ‘De student wordt als het ware in het diepe gegooid; in een postmoderne cultuur zonder vaste waarden wordt de mens gedwongen zijn eigen maker te zijn en zichzelf te beeldhouwen. Het ironische is dat degenen die hiertoe in staat blijken te zijn in de praktijk toch juist ouders en docenten om zich heen gehad hebben die hen wel degelijk vanuit kennis en kunde gevormd hebben. Voor anderen leidt de vrijheid om zichzelf te vormen, gekoppeld aan de druk om ‘te excelleren’, veelal tot onzekerheid of tot een toevlucht in het consumentenleven om zichzelf dan maar via de iPhone of de MacBook een identiteit aan te meten’ (Cohen de Lara, 2015 p.).
  • Herontdekking van het innerlijkIn de derde plaats kan het discours over bildung leiden tot een herontdekking van het innerlijk tegen de achtergrond van datgene wat ons materiële leven ontstijgt. ‘Het gaat hierbij om een vorm van onderwijs die de student in aanraking brengt met schoonheid, met dat wat hoop geeft, wat troost biedt, wat ons denken verandert, wat ons de moed geeft te vechten voor veranderingen en wat ons in relatie brengt tot elkaar. Lange tijd heeft de klassiek-christelijke traditie de rode draad gevormd in het onderwijs, juist omdat ze de mens helpt om het materiële bestaan in perspectief te plaatsen’ (Cohen de Lara, 2015). Filosofie, literatuur, de geesteswetenschappen zijn nodig om de student uit z’n eigen leefwereld te trekken en hem in staat te stellen te reflecteren op zichzelf, op de cultuur waarin hij leeft en op dat wat vaak niet tastbaar, maar wel van waarde is.

Aanmelden netwerk

Het Bildungsnetwerk bestaat uit collega's van verschillende Fontysinstituten en -diensten. Tijdens de netwerkbijeenkomsten worden er ervaringen uitgewisseld met verschillende werkvormen en (nieuwe) ideeën opgedaan. Ook is er altijd ruimte voor een stuk inspiratie. Wil je je aanmelden voor het netwerk? Mail Brechje Schouten. Zij kan je ook vertellen wie er nog meer vanuit jouw instituut is aangesloten op ons netwerk.

Mail Brechje

Nieuwsgierig naar de inhoud van een Bildung netwerkbijeenkomst? In dit artikel vind je een verslag van een eerdere bijeenkomst.

Naar artikel


Sfeerafbeelding Fontys

Placeholder for Fontys video
Elke medewerker die wil onderzoeken hoe bildung van betekenis kan zijn, is welkom in ons netwerk. We proberen samen een beweging te creëren waardoor de rest er op den duur niet meer omheen kan. Dat iedereen zegt: logisch dat we hiermee iets gaan doen in het onderwijs.

Brechje Schouten,
Netwerkleider 'Bildung in het onderwijs'