STARR: Problemen bespreekbaar maken

Een veilig leerklimaat door eerlijk over problemen te spreken.

Kern:

Een leerling geeft aan het gevoel te hebben gepest te worden en wil graag samen met de juf een brief schrijven aan de klas, die de juf voorleest. De juf gaat, in overleg met de ouders, in op haar verzoek en organiseert daarna een klassengesprek met de klas en enkele individuele gesprekjes met leerlingen en de gepeste leerling. Dit pakt goed uit.

Situatie

Een meisje uit mijn klas, C, zegt tegen me dat ze het idee heeft dat veel kinderen haar anders behandelen dan de rest en regelmatig vervelend tegen haar doen. Ze vraagt aan me of ik haar wil helpen met haar gevoel op papier te zetten en of ik de brief dan voor zou willen lezen. Ik zeg tegen C dat ik daar wel van schrik, maar dat ik haar natuurlijk wil helpen. Ik zeg dat ik haar heel dapper vind en dat we samen hierover zullen praten met de klas.

Taak

Ik vind het mijn taak om ervoor te zorgen dat er een fijne sfeer in een groep heerst voor ALLE kinderen. Toen ik hoorde dat dit voor een leerling niet zo is en er dingen achter mijn rug om gebeuren, vond ik dat hier iets mee moest gebeuren. Daarnaast vind ik dat ik leerlingen met elke hulpvraag moet helpen. Mijn doel is dat deze leerling het weer fijn vind om naar school te gaan, maar ook de klas in te laten zien wat er aan de hand is. Ik wil het probleem bespreekbaar maken en samen iets doen aan de situatie.

Actie

Ik heb eerst contact opgenomen met haar ouders. Uit dit gesprek blijkt dat zij ook niet wisten dat dit speelde. Zij steunen het idee van de brief, omdat C dit zelf bedacht heeft en geven aan dat ze vertrouwen hebben in de afloop. Ik heb samen met C een brief aan de klas geschreven en voorgelezen. Hierna heb ik de leerlingen in een klassengesprek laten reageren op wat ze hoorden. Sommige kinderen wilden weten of zij ook een aandeel hadden in het geheel. Ik heb toen C voorgesteld om dit apart met deze kinderen en mij te bespreken. Er zijn toen korte gesprekjes geweest waar ik bij zat tussen een aantal kinderen. Veel kinderen schrokken van hun aandeel en hadden dit niet zo bedoeld. Ik heb zowel C als de andere kinderen gecomplimenteerd over hun openheid en de manier waarop ze samen wilden werken aan de sfeer in de groep.

Hierna heb ik regelmatig nog korte gesprekjes met C gehad over hoe het ging. Ook hebben we nog in klassengesprekken regelmatig teruggepakt op de situatie en als klas vinger aan de pols gehouden. Daarnaast heb ik de ouders nog een paar keer gesproken om samen te monitoren hoe het ging.

Resultaat

C was na het klassengesprek en de individuele gesprekjes enorm opgelucht. De klas was geschrokken, de kinderen hadden niet het idee dat de grapjes die zij maakten zo vervelend overkwamen. Tijdens het gesprek waren de kinderen open naar elkaar. Het was mooi om te zien dat C na de brief meer vriendinnen kreeg en aangaf niet meer het gevoel te hebben alleen te zijn. Ook de ouders waren zeer tevreden met de aanpak. C heeft het schooljaar met plezier af kunnen maken en het was merkbaar dat alle kinderen uit de klas op een positievere manier met elkaar omgingen.

Reflectie

Nadat ik eerst was geschrokken dat zoiets kan gebeuren, zonder dat ik het heb gemerkt, zie ik dat het de sfeer in de groep uiteindelijk heeft verbeterd. Ik ben blij dat C zich veilig genoeg voelde om deze stap te zetten, naar mij en naar de klas. Ik ben me ervan bewust dat het bespreken van gevoelens in verschillende klassen verschillend kan uitpakken. Het is belangrijk om een klas goed aan te voelen, omdat klassengesprekken over dit soort onderwerpen alleen kunnen wanneer er een veilige sfeer heerst en er een goede band met de leerkracht is. Ik vind het ook belangrijk om mijn handelen in dit soort kwesties goed met de ouders te overleggen omdat zij C goed kennen en haar ook thuis kunnen ondersteunen.