Zij-instroom docent vmbo profiel Horeca, Bakkerij en Recreatie (HBR)

Jouw eigen leerroute

Om aan de opleiding via zij-instroom te kunnen beginnen, dien je enkele stappen te doorlopen voordat je van start kunt gaan. Eerst krijg je een geschiktheidsonderzoek, het zogenoemde startassessment. We willen we je namelijk graag leren kennen. We gaan in gesprek met elkaar over jouw portfolio met ervaring, relevante cursussen, opleidingen, vakkennis en de geobserveerde les in jouw onderwijspraktijk. Zodra we zijn overtuigd van je geschiktheid stellen we samen een scholingsplan op maat op dat perfect aansluit op jouw persoonlijke situatie. Daarna start je met de opleiding!

Praktijkgericht leren

Tijdens de opleiding wordt een ervaren Fontys docent je coach die jou tijdens het gehele traject begeleidt. Samen met je coach bepaal je je eigen, optimale leerroute, afgestemd op jouw persoonlijke leerbehoefte en mogelijkheden. Daarnaast leer je grotendeels on the job: op jouw eigen werkplek dus. Je gaat voor minimaal 8 lesuren per week als docent in jouw bevoegdheid aan de slag!

Het scholingstraject bestaat uit zogenaamde Eenheden van Leeruitkomsten (EvL’s). Een EvL is een toepassing en integratie van kennis en vaardigheden binnen de authentieke beroepscontext (beroepspraktijk), en bestaat uit 30 EC’s.
Elke EC staat voor 28 studiebelastingsuren (sbu’s). Deze sbu’s bestaan uit de lesuren op de opleiding, maar ook de uren aan zelfstudie en die op je werkplek.

Binnen het zij-instroomtraject zijn er drie zogenaamde sets van leeruitkomsten:

1. Vakinhoudelijke expertise didactiseren: het vertalen van jouw bestaande vakkennis naar het beroepsonderwijs. Om dit verder te kunnen ontwikkelen is het belangrijk dat je een passende houding hebt. Je bent nieuwsgierig en hebt passie voor de ontwikkelingen in jouw vakgebied. Je hebt interesse in je medemens, in maatschappelijke thema's en je straalt enthousiasme uit. Je leidt immers de nieuwe generatie vakmensen in de horeca en/of bakkerij op. Je bent in staat te reflecteren op jouw vakkennis en de wijze waarop je jouw vak vertaalt naar de lerenden.

2. Vakinhoudelijke expertise verdiepen en verbreden: het uitbreiden van jouw vakkennis, en het verdiepen op de gebieden koken, gastheerschap en/of bakkerij. Ook hiervoor gelden de eigenschappen zoals gesteld hierboven. Bovendien is het van belang dat je wendbaar bent. Je gaat je immers verbreden, en je erkent en herkent de ontwikkelingen binnen jouw vakgebied.

3. Vakinhoudelijke expertise innoveren: het innoveren van jouw vakkennis binnen het beroepsonderwijs. Om dit te bereiken zoek je samenwerking met specialisten uit het werkveld (v)mbo en de beroepsbranche. Je vertaalt je opgedane specialistische kennis op verantwoorde, vakdidactische wijze naar de opleiding Consumptieve Techniek in het (v)mbo. Je reflecteert op je eigen ontwikkeling in dit proces, waarbij je duidelijk maakt wat jouw professionele ambitie is op het gebied van vakinhoudelijke kennisoverdracht.

Tijdens de opleiding verzamel je in een portfolio bewijzen van je ontwikkeling. In het eindassessment voer je een gesprek met twee assessoren over je eindportfolio en blikken terug op je startassessment. Zij beoordelen dan of je je ontwikkeld hebt tot een startbekwame docent. Bij een positief oordeel ontvang je een tweedegraadsbevoegdheid voor het desbetreffende vak.