Sprint naar content

Veelgestelde vragen over de opleiding Sportkunde

 

Veelgestelde vragen Sportkunde

Fontys Sportkunde richt zich meer op de sociaal maatschappelijke en de gezondheidswaarde van sport, en in mindere mate op de economische kant. De mensen in de praktijk geven aan dat Fontys Sportkunde studenten creatief zijn en keuzes/interventies goed kunnen onderbouwen.

We kunnen deze twee tegenover elkaar zetten: de fysiotherapeut houdt zich bezig met het genezingsproces van patienten (reactief handelen) terwijl de sportkundige zich richt op het voorkomen van blessures of ziektes (voorkomen).

Bij een HBO-opleiding werk je steeds vanuit een praktische invalshoek. Dat betekent dat je bij Sportkunde steeds de vertaling maakt naar wat het werkveld vraagt en hoe jij als Sportkundige daarop kunt inspelen. Je doet voornamelijk praktijkgericht onderzoek (praktisch en uitvoerend).

Bij een WO-opleiding ga je veel dieper de theorie in en ga je via wetenschappelijk onderzoek de sporter beter leren kennen. Daar wordt ook bijvoorbeeld veel dieper ingegaan op de bewegingsanalyse van diverse sporten. Je doet voornamelijk wetenschappelijk onderzoek (theoretisch).

Houd er rekening mee dat je tijdens de opleiding Sportkunde zelf niet heel veel praktijk krijgt op het eerste jaar na. Zo neem je in blok 3 deel aan een mountainbike wedstrijd of een obstacle run. Het is vooral de bedoeling om als Sportkundige anderen te leren begeleiden bij een beweegactiviteit waarbij sport een middel is. Kennis hebben van bewegen, weten wat bewegen met je lichaam doet en weten wat sport met mensen doet (fysiek en sociaal) is noodzakelijk.

Ieder blok ziet er weer heel anders uit. Maar ‘normaal gezien’ vindt er, binnen een bepaald thema een mix van hoorcolleges, werkcolleges, praktijk en coachingslessen plaats. We integreren de kennis vanuit verschillende leerlijnen en werken daarbij aan houding en vaardigheden. Je krijgt kennistoetsen verspreid over het blok. Ook vind je in ieder blok een mix van toetsvormen.  

Daarnaast is de opleiding praktijkgericht. Het lopen van stage vanaf het begin van je studie tot het eind, vormt een belangrijk onderdeel. Sportkunde is een beroepsopleiding en gezien de mogelijke toekomstige functies en organisaties in het werkveld van bewegen en sport, willen we dat je zoveel mogelijk ervaring opdoet in de praktijk.

  • De nadruk in jaar 1 ligt met name op zelf ervaring opdoen, sport als middel inzetten bij verschillende doelgroepen en je lichaam ervaren als eigen lab. Gemiddeld genomen heb je zo’n 2 tot 6 uur bewegingsvaardigheden per week.
  • In jaar 2 volg je specifiekere lessen, afhankelijk van het blok wat je hebt.
  • In jaar 3 wordt sport en bewegen als middel ingezet maar zullen bewegingsvaardigheden afnemen.
  • In jaar 4 heb je in principe geen bewegingsvaardigheden meer.
Dit verschilt per onderwijsblok. In het eerste jaar is over het algemeen de verhouding van 40 % praktijk en 60% theorie van toepassing. Hierbij werk je ook veel in projectgroepen. Na het eerste jaar neemt de hoeveelheid praktijklessen af, dus dan gaat de verhouding eerder naar 30% praktijk en 70% theorie.
  • In jaar 1 en 2 hebben we vaste partners waar je stage kunt lopen. We proberen er zoveel mogelijk rekening mee te houden dat je wordt ingedeeld op basis van je voorkeur.
  • In jaar 3 heb je meer keuzevrijheid, maar je stage moet wel voldoen aan de door ons gestelde eisen.
  • In jaar 4 heb je je afstudeerstage. De stageplaats mag je zelf kiezen mits deze voldoet aan de door ons gestelde eisen.

Je wordt Sportkundige. Sportkunde is een brede opleiding waarbij je gedurende het studietraject de mogelijkheid hebt om je eigen studieroute te bepalen. In jaar 1 en 2 krijg je een algemeen beeld van de opleiding. In jaar 3 en 4 heb je de mogelijkheid om je te verdieping en je meer in de context van een van de zes profielen van Sportkunde te profileren. Je volgt specifiekere onderwijsthema’s en kunt binnen bepaalde profielen stage lopen.

We hebben een zestal profielen gedefinieerd:

De opleiding tot Personal Trainer kan zowel gevolgd worden op MBO als op HBO niveau. Als je Sportkunde aan Fontys gaat doen kun je kiezen voor een studieroute die leidt naar het profiel van kracht- en conditiespecialist. Hier leer je hoe je onderbouwde trainingsprogramma’s kunt opstellen. Je moet dus niet alleen goed kunnen coachen, maar ook verantwoorden waarom je kiest voor bepaalde oefenvormen.

Dit hangt af van veel factoren, maar er is veel vraag naar Sportkundigen in de praktijk. Denk aan: hoe snel je in de branche werkzaam bent, je motivatie, je interessegebieden, etc. Hoe goed heb je je laten zien tijdens stages en mogelijke projecten met externen, wellicht heb je al een (bij)baan voordat je afstudeert? Het voordeel als Sportkundige is dat je breed opgeleid bent en dat je op veel plekken inzetbaar bent.

Het domein van gezondheid krijgt veel aandacht, dus ook in dit werkveld ontstaan steeds meer en nieuwe vacatures. De meest recente cijfers laten zien dat 73% van de Sportkundigen na 1,5 jaar na afstuderen een baan op niveau heeft. Ook werken we al enige tijd met partners uit het werkveld en wordt je als student steeds makkelijker gevonden. Een goed voorbeeld is dat vacatures worden geschreven op Sportkundigen en aanverwante profielen.